RECENSIE: Szabadság - Ellis Island

Szabadsag
recensie cijfer 2021-02-04 Als je je verdiept in de geschiedenis van het Joodse volk, en met name hun (gedwongen) emigratieroutes, dan ontdek je ook de verscheidenheid aan muziek die hierdoor ontstaan is. In de jaren negentig was er een opleving van de klezmer-variant, de van origine instrumentale muziek van Jiddisch sprekende Asjkenazische Joden uit Oost-Europa. De muziek werd herontdekt door nakomelingen, die zich herinnerden dat de muziek op bruiloften gespeeld werd. De hedendaagse klezmermuziek is een spons van invloeden: van de Balkan (voornamelijk Roemenië, Bulgarije en Griekenland) tot Oriëntaalse en zigeunermuziek.

Dit werd de basis voor de Frans Sefardisch-joodse (alt)violiste Ariane Cohen-Adad en de Belgisch/Hongaarse mandolinespeler Jefferson Louvat om samen muziek te maken. In 2017 brachten zij als Szabadság onder diezelfde naam een EP uit. Szabadság betekent vrijheid in het Hongaars en wordt uitgesproken als “sha-bad-tjak”. Het duo experimenteerde hierop ook met bluegrass invloeden. Dat beviel zo goed dat zij op hun debuutalbum Ellis Island besloten hier een vervolg aan te geven.

Het is dan vreemd, dat er maar twee echte nummers in dit genre op staan: opener ‘Old Dangerfield’ (Bill Monroe) en ‘Kind Of Dawg’. Dit door Louvat geschreven eerbetoon aan David Grisman is upbeat en geeft beide muzikanten de ruimte om zowel los van elkaar te soleren, als om simultaan te spelen. Het resultaat is een absoluut hoogtepunt van virtuositeit en vergelijkbaar met het spel van Rodrigo Y Gabriela. Dat geldt ook voor ‘Beoga’, wat zij ‘geleend’ hebben van de band Mosa. De inbreng van percussie zorgt ervoor dat je meegesleept wordt in de nieuwe Ierse folkmuziek.

Dat zij openstaan voor nieuwe invloeden laat ook ‘Lochs Of Dread’ horen. Hier hoor je de reggae invloeden, waarbij Cohen-Adad ook nog even mee-‘scat’. Dat doet zij overtuigender dan zingen: de gezongen nummers (‘Esn Est Zikh’ en ‘Azt Gondoltam Eső Esik’) zijn minder goed dan de instrumentale. Uitzondering hierop is ‘Papirosn’, de Jiddische vertolking van een Bulgaarse traditional met Louvat op mandocello, waarbij Cohen-Adad haar kwetsbare stem vakkundig gebruikt om de emotie over te brengen.

Andere hoogtepunten op het album zijn ‘Magyar Tánc’, een dertiende- eeuws nummer, waarbij Louvat zijn muzikale partner laat zweven en waarbij het slagwerk van Stephan Pougin optimaal wordt benut. Louvat etaleert op het door hemzelf geschreven ‘Manatir’ de verschillende manieren van het bespelen van de mandoline, waarbij de viool op de achtergrond blijft. Het is de prachtige ‘Lullaby For Evelyn McHale’ die blijft nagalmen. De muzikale ode aan de ‘mooiste zelfdoding ooit’ (McHale sprong van de 86e verdieping van het Empire State Building in 1947 en werd door de foto van Robert Wiles vereeuwigd) is prachtig opgebouwd en uitgevoerd. Het is een wreed maar waardig einde aan hun muzikale reis naar New York.

Het muzikale duo Szabadság weet met enkel twee instrumenten, mandoline en viool, te boeien. De mengelmoes van stijlen en de orkestervaring van Cohen-Adad met Quintet Bumbac helpen daar ongetwijfeld aan mee. Mooie muziek om de zondag mee te beginnen.
Recensent:Hendrik Goos Artiest:Szabadság Label:Xango Music
Cover San Salvador - La Grande Folie

San Salvador - La Grande FolieDiegene die wel eens door Frankrijk heeft gereisd, zal bekend zijn met de...

Cover Sam Mangwana - Lubamba

Sam Mangwana - Lubamba Sam Mangwana is een Congolese artiest die al veel jaren meedraait. Hij...

ZOEKEN IN CD-RECENSIES

 

OF SELECTEER OP GENRE, ARTIEST, LABEL, RECENSENT