RECENSIE: Isobel Campbell - There Is No Other...

Isobel
recensie cijfer 2020-04-22 Jaren geleden was de Schotse Isobel Campbell de lieveling van de Britse indiescene, toen zij zangeres/cellist was bij Belle & Sebastian. Toen zij de band na drie albums verliet om verder te gaan bij The Gentle Waves, raakte ze langzaam maar zeker uit de publiciteit. Twee albums later besloot zij om als soloartiest verder te gaan. Dat duurde niet lang: al snel werd ze door Mark Lanegan opgemerkt en namen ze drie albums op. Hoe onwaarschijnlijk deze combinatie ook oogde (vooral live leek er van chemie geen sprake), de albums werden zeer goed ontvangen en zo werd Campbell weer populair bij een ander, groter publiek. Hun laatste wapenfeit samen, Hawk, dateert alweer uit 2010 en dat was ook het laatste wat we van haar hoorde. Nadat de samenwerking strandde stapte zij over van platenlabel, wat onfortuinlijk bleek: het label ging failliet. Hierdoor moest zij drie jaar strijden voor haar muziekrechten om de eerder opgenomen plaat uit te mogen brengen onder een nieuw label. Uiteindelijk is het haar gelukt en There Is No Other is het resultaat.

De eerste woorden van het album zijn voor haar nieuwe woonplaats Los Angeles, die zij verruilde voor haar geboorteplaats Glasgow: “I’d like to know you, maybe I will grow to” , fluistert ze op ‘City Of Angels. Haar zachte, zoete fluisterstem zal het album overheersen, waarbij de variëteit komt van de verschillende muziekstijlen die ze tentoonspreidt. Het is de verdienste van haar band, bestaande uit Elijah Thomson (Father John Misty), de multi-instrumentalist Nina Violet, Dave McGowan (Teenage Fanclub) en Jim McCulloch (Soup Dragons) die de verschillende muziekstijlen in een hedendaags jasje gieten, waardoor het niet té eentonig wordt.

Zo ademt ‘Hey World’ een gospelsfeer uit, wat wordt versterkt door een achtergrondzangeres die op het einde de longen uit haar lijf zingt. Op ‘Rainbow’ viert de Bossa Nova hoogtij en er is ruimte voor enige psychedelische jaren zestig folk op ‘Just For Today’ en ‘Counting Fireflies’. De Americana van ‘Heart Of It All’ had niet misstaan op een volgend album met Lanegan en ‘Ant Life’ klinkt weer heel anders: alsof het zo uit het oeuvre van de filmmuziek van Serge Gainsbourg is weggelopen.

Opmerkelijk is de cover van Tom Petty, ‘Runnin’ Down A Dream’, wat het enige upbeat nummer is op het album en daardoor wat uit de toon valt. Nee, dan ‘The National Bird Of India’ wat door zijn cello en akoestische gitaar een oosterse klank heeft en voor een van de mooiste momenten zorgt. Dat Campbell’s stem een onderliggende woede in zich herbergt, komt pas op het einde tot uiting. Op ‘Below Zero’ vat zij de afgelopen jaren raak samen: “Tired of all the bullshit / Playing nice / Shadow boxing / Skating on thin ice' over a twisted acoustic guitar figure and strings”.

Veertien jaar na haar laatste solowerk wil Campbell aan de muziekwereld laten horen dat ze er nog steeds toe doet. There Is No Other is een prima plaat geworden, maar waar het zo vaak geldt als je er te lang op moet wachten kan het tegenvallen. Helaas gaat dat ook hier op: het kabbelt te veel door en blijft niet hangen. Solo presteert zij toch minder goed dan in een duo of als deel van een band.
Recensent:Hendrik Goos Artiest:Isobel Campbell Label:V2 Records
Cover Sugar Lady - Night Prowlers

Sugar Lady - Night Prowlers Sleazy punkrock & roll from Utrecht, that’ s Sugar Lady! En...

Cover Moses Sumney - Græ

Moses Sumney - Græ Moses Sumney , zoon van twee Afghaanse immigranten, bracht in 2017 zijn...

ZOEKEN IN CD-RECENSIES

 

OF SELECTEER OP GENRE, ARTIEST, LABEL, RECENSENT