RECENSIE: Walter Gibbons - Jungle Music

Walter Gibbons ‘Jungle Music – Mixed With Love: Essential & Unreleased Remixes 1976-1986’
recensie cijfer 2010-07-11 In de roots van de New Yorkse house muziek is één blanke naam toch van ontzettend belang: Walter Gibbons. Als visionair deejay kreeg hij destijds de bijnaam ‘mister soul’, was hij een haantje de voorste in termen van beatmixing, editing, cut-ups en mixtechnieken in het algemeen, èn tekende hij voor een legendarische remix op de eerste commercieel verkrijgbare 12 inch ooit: het ook deze compilatie sierende ‘Ten Percent’ van Double Exposure. Het zijn slechts enkele adelbrieven van deze jong aan AIDS overleden grootheid.

Is zijn muzikale erfenis dan ook vandaag nog relevant? Absoluut, te horen aan de selectie op Jungle Music. De erkenning die hij ook vandaag nog krijgt van acts als Prins Thomas, Ashley Beedle en Robert Owens zet dat nog extra in het licht. Toch viel hem niet de eer ten deel die bijvoorbeeld Larry Levan wel kreeg. Terwijl zijn remixes toch echt een blauwdruk voor de house van twintig jaar later legden.

Gibbons’ inventieve remix voor Jakki’s swingende ‘Sun… Sun… Sun…’, een Loft en Paradise Garage classic, is daar een eerste illustratie van. Percussieve jams, verrassende breaks: de vaak al te makkelijke glitz en glamour van zovele disco werd door Gibbons aardig kaal geschoren en tot de essentie herwerkt. Gibbons wist ook met de beste stemmen van de soul te werken - hier Gladys Knight (‘It’s A Better Than Good Time’) en Bettye Lavette met ‘Doin The Best That I Can’. Er is eigenlijk ook niet zóveel verschil tussen een diepe Moodymann track en Gibbons’ herwerking van Dinosaur L’s ‘I Wanna Go Bang’. Strafe’s ‘Set It Off’, één van z’n laatste remixes, wordt in ’s mans handen dan weer een doorlopend spannende track, met intelligente breaks en wave golven, die niets van doen heeft met de vlot uit de olifantenpijpen wegglijdende disco van Saturday Night Fever. Arts & Crafts’ ‘I’ve Been Searching’ is een referentie aan Gibbons’ voorliefde voor percussie, maar vast ook aan de clubnachten in Galaxy 21, waar François Kevorkian de man mocht bijstaan aan de drums (terwijl Kenny Carpenter de belichting verzorgde). Er zijn ook minpunten: Salsoul Orchestra’s ‘Magic Fire Of Bird’ lijkt toch echt geschreven voor big bands, en ‘4Ever My Beat’ van Stetsasonic klinkt met hiphop scratchtechnieken voor die tijd nieuw, maar hoe dan ook een beetje kaal. Wie Moon Maiden hoort, snapt meteen ook de toenmalige Tom Tom Club een stuk beter.

Aan het eind van z’n carrière zou Gibbons in de Heer raken, zichzelf als Gods instrument zien en de dansvloeren steeds minder zien vollopen, maar de man heeft dertig jaar later nog steeds een pak discipelen. En dat heeft ie verdiend.
Recensent:Mario De Block Artiest:Walter Gibbons Label:Strut / Pias
Sons Of Liberty – Brush-Fires Of The Mind

Sons of Liberty - Brush-Fires of the MindJon Schaffer is onlosmakelijk verbonden met Iced Earth. Vanaf het begin is...

Lloyd Miller & The Heliocentrics

Lloyd Miller & the Heliocentrics - Lloyd Miller & The Heliocentrics The Heliocentrics is een Engelse muziekgroep waarmee je daadwerkelijk alle...

ZOEKEN IN CD-RECENSIES

 

OF SELECTEER OP GENRE, ARTIEST, LABEL, RECENSENT