Iedereen Zóôò Jotje

Op een zwoele en zeer jotje zomeravond in '95 besloot een stel vrienden voor de grap een band op te richten. Iedereen speelde al in andere bands, dus om toch onderscheid te bewerkstelligen was er het idee om allemaal een instrument te kiezen dat hij nog niet kon bespelen. De daad werd bij het woord gevoegd… Een vaste oefentijd werd per januari '96 verschaft door de Stuffkikkers, die besloten de waterpijp aan Maarten te geven. In het begin was de muziek nog voornamelijk punk met sporadische ska-invloeden. In de herfst van '96 namen ze de eerste demo op, die op teep werd uitgebracht. Hij zoog hard aan alle kanten, maar werd toch goed ontvangen. Hierna volgden luttele bezettingswijzigingen wegens o.a. verre reizen.
De in '98 opgenomen "Lofliederen op de Intoxicatie" leverde een zóôòtje optredens op, zoals o.a. voorprogramma van Mark Foggo, op het Skarnaval in de Bukbuk in Heiloo, optredens met Macamba, De Hardheid, Carp, enz. Tevens wonnen we Nieuw Alkmaars Peil (NAP) '99, de verkiezing voor Alkmaars populairste band.
Vanaf de zomer van 2000 is de band zich weer gaan richten op het schrijven van nieuwe nummers, dit keer nog meer ska. Dit resulteerde in de in maart 2001 in De Raad opgenomen tweede cd "In de trein met tante Agaath".
Begin 2003 is er begonnen aan de opnames van een nieuwe cd, 'In Den Olden Rupsch Geloogheerd' geheten. Lichtenman Stone E, in het dagelijks leven ook deel van de antihop-formatie Stosil maakt op de nieuwe CD zijn entree.